News Update Hoge Raad

Week 46 | HR verduidelijkt gevolgen van niet-naleving Didam-regels
15 november 2024

HR verduidelijkt gevolgen van niet-naleving Didam-regels

Civiel

De HR overweegt in de Didam-bodemprocedure allereerst dat de Didam-regels ook van toepassing zijn op handelen van een overheidslichaam dat heeft plaatsgevonden voorafgaande aan het Didam-arrest. De HR verduidelijkt voorts dat een koopovereenkomst die in strijd met de Didam-regels is gesloten, niet op die grond nietig of vernietigbaar is. De HR overweegt dat een overheidslichaam dat een onroerende zaak verkoopt in strijd met de Didam-regels in beginsel onrechtmatig handelt jegens (potentiële) gegadigden die bij die verkoop geen gelijke kans hebben gekregen, en dus ook schadeplichtig kan zijn jegens hen. Ook kan onder omstandigheden aanleiding bestaan om het overheidslichaam op die grond te verbieden tot het sluiten van de koopovereenkomst of tot levering over te gaan. Tot slot wijst de HR erop dat de Didam-regels niet dwingen tot een veiling of tot verkoop aan de hoogste bieder. Aan welke gegadigde een onroerende zaak zal mogen worden verkocht is afhankelijk van de door het overheidslichaam, met inachtneming van de hem toekomende beleidsruimte, te stellen objectieve, toetsbare en redelijke criteria.

ECLI:NL:HR:2024:1661   

Veroordeling lokaalvredebreuk in strijd met demonstratierecht 

Straf

Evenals acht anderen waarover de HR tegelijkertijd oordeelt, is de verdachte veroordeeld voor lokaalvredebreuk in verband met een klimaatprotest ("sit-in") in het kantoor van een pensioenfonds. Het hof heeft de verdachte wel schuldig bevonden, maar geen straf opgelegd omdat het demonstratierecht (art. 10 en 11 EVRM) te veel is ingeperkt. Daarbij speelde vooral een rol dat de verdachte na het beëindigen van het protest is aangehouden en opgehouden voor verhoor, waardoor zij niet de mogelijkheid had het protest buiten voort te zetten. De HR oordeelt dat als het demonstratierecht disproportioneel is ingeperkt, dit niet pas mag worden betrokken bij de strafoplegging maar al moet worden betrokken bij de vraag of sprake is van een strafbaar feit. De HR ontslaat de verdachte en de acht medeverdachten zelf van alle rechtsvervolging.

ECLI:NL:HR:2024:1623

Written by:

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Partner

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Counsel

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Counsel