News Update Hoge Raad
31 januari 2025
Betaald uitstel ontruiming is geen huurovereenkomst
Civiel
De kinderen van een overleden huurster van een woning konden bij verhuurder Portaal geen aanspraak maken op voortzetting van de huur op grond van art. 7:268 lid 2 BW. Portaal kwam met hen overeen dat zij tegen betaling nog een bepaalde termijn in de woning konden verblijven terwijl zij een andere woning zochten. De kinderen stelden vervolgens dat hun overeenkomst met Portaal een huurovereenkomst was, zodat zij recht hebben op wettelijke huurbescherming. De kantonrechter geeft de kinderen gelijk, maar het hof niet en veroordeelt de kinderen tot ontruiming.
De HR is het met het hof eens. Ook als een overeenkomst elementen bevat die maken dat aan de wettelijke omschrijving van huur is voldaan, kan het volgens de HR zo zijn dat de overeenkomst in de gegeven omstandigheden toch niet als huurovereenkomst moet worden aangemerkt. Of deze uitzondering zich voordoet, hangt mede af van de situatie die partijen hebben willen regelen en of een kwalificatie anders dan als huurovereenkomst zich in die situatie verdraagt met het dwingendrechtelijke huurbeschermingsregime.
De HR ziet voor gevallen als dit reden voor een uitzondering op de kwalificatie als huurovereenkomst. Volgens de HR is het wenselijk dat een verhuurder tegen betaling enig uitstel van ontruiming kan geven zonder dat aan deze verhuurder huurbescherming kan worden tegengeworpen. De rechtspositie van bewoners wordt volgens de HR voldoende beschermd doordat zij in voorkomende gevallen via art. 7:268 lid 2 BW een beroep kunnen doen op huurbescherming.