Cryptomarkt bereidt zich voor op MICAR
14 februari 2024
Aanbieders van cryptoactivadiensten (CASP's) moeten op grond van de Markets in Crypto-Assets Regulation (MiCAR) vanaf 30 december 2024 een vergunning hebben om actief te zijn op de Nederlandse en Europese markt. Partijen die op dit moment in of vanuit Nederland hun diensten aanbieden op basis van een registratie bij DNB, moeten naar verwachting uiterlijk 30 juni 2025 een vergunning hebben.
De AFM raadt potentiële CASP's aan om een uitgebreide vergunningsaanvraag voor te bereiden en deze tijdig in te dienen, om het risico te vermijden dat activiteiten stopgezet moeten worden omdat de vereiste vergunning ontbreekt. We hebben de belangrijkste data voor het vergunning proces bij de AFM hieronder weergegeven in een tijdlijn:
De MiCAR bevat voor een groot deel regels voor het aanbieden van cryptoactiva aan het publiek. Een belangrijk aspect daarvan is dat een partij die zijn cryptoactiva aanbiedt, het publiek correct, duidelijk en niet misleidend moet informeren. De MiCAR bevat daarnaast een set aparte regels voor partijen die uiteenlopende diensten verlenen met betrekking tot het bewaren en de aan- en verkoop van cryptoactiva. Wij beperken ons in deze bijdrage tot de vergunningplicht van CASP's.
Huidige situatie
Sinds 2020 moeten aanbieders van cryptodiensten die in of vanuit Nederland actief willen worden een registratie aanvragen bij DNB. Deze registratieplicht geldt voor twee typen diensten:
- het wisselen tussen crypto valuta en reguliere valuta; en
- het aanbieden van bewaarportemonnees.
DNB hanteert bij de beoordeling van de registratieaanvraag toelatingseisen die op onderdelen vergelijkbaar zijn met een vergunningaanvraag. Zo beoordeelt DNB uitgebreid het AML beleid, inclusief know-your-customer, transactiemonitoring en belangenconflicten en worden daarnaast bestuurders, commissarissen, (mede)beleidsbepalers en houders van een gekwalificeerde deelneming getoetst op betrouwbaarheid en geschiktheid.
Als de aanbieder van cryptodiensten geregistreerd is, kan deze in en/of vanuit Nederland cryptodiensten aanbieden. Anders dan we kennen bij het systeem voor beleggingsondernemingen, kan de registratie niet als Europees paspoort worden gebruikt om de cryptodiensten in andere Europese landen aan te bieden.
Vereiste vergunning onder de MiCAR
Met de introductie van de MiCAR vervalt de registratieplicht. In plaats daarvan wordt er een vergunningstelsel voor een groter aantal cryptoactivadiensten geïntroduceerd. De volgende diensten vereisen een vergunning onder MiCAR:
- het bewaren en beheren van cryptoactiva namens cliënten;
- het exploiteren van een cryptoactivahandelsplatform;
- het omwisselen van cryptoactiva voor geldmiddelen;
- het omwisselen van cryptoactiva voor andere cryptoactiva;
- het uitvoeren van cryptoactivaorders namens cliënten;
- het plaatsen van cryptoactiva;
- het ontvangen en doorgeven van cryptoactivaorders namens cliënten;
- het verlenen van advies over cryptoactiva;
- het verzorgen van portefeuillebeheer voor cryptoactiva;
- het verlenen van cryptoactivaoverdrachtdiensten namens cliënten.
Bij de vergunningsaanvraag moet de cryptodienstverlener aantonen dat wordt voldaan aan alle eisen uit de MiCAR. Dat kost de nodige voorbereiding, maar levert ook wat op. Met een vergunning kunnen de diensten namelijk in de gehele Europese Unie worden aangeboden na het doorlopen van een relatief eenvoudige notificatieprocedure per lidstaat. Dit systeem brengt mee dat CASP's op basis van strategische afwegingen kunnen kiezen om het vergunningsproces in een bepaalde lidstaat te doorlopen, om daarna hun activiteiten via de notificatieprocedure (ook wel het Europees paspoort) uit te breiden naar andere lidstaten. Daar staat tegenover dat cryptodienstverleners doorlopende verplichtingen hebben, onder andere op het gebied van kapitaal, governance en informatievoorziening aan klanten.
Aanvragen van een vergunning
Proces
Het proces van een vergunningsaanvraag begint met de voorbereiding, waarbij in kaart wordt gebracht welke regels uit MiCAR relevant zijn voor de onderneming, welke aanpassingen nodig zijn in de bedrijfsvoering en hoe dat kan worden doorgevoerd. Vervolgens moeten alle benodigde stukken worden samengesteld voor de indiening van de aanvraag bij de AFM. Het gehele voorbereidingsproces kost in ieder geval enkele maanden, en kan oplopen afhankelijk van het aantal en de soort cryptoactivadiensten waarvoor een vergunning wordt aangevraagd.
Na de indiening van de aanvraag beoordeelt de AFM of het dossier compleet is, of dat er nog aanvullende informatie moet worden aangeleverd. Indien volledig, wordt het dossier daarna inhoudelijk in behandeling genomen. De AFM heeft vanaf dat moment 40 werkdagen om een beslissing te nemen. Die termijn kan worden verlengd indien nog aanvullende informatie nodig is.
De inschatting van de AFM is dat de behandeling van een vergunningsaanvraag minimaal vijf maanden duurt in geval de aanvraag compleet en inhoudelijk van hoge kwaliteit is, de diensten en producten niet erg complex of risicovol zijn en geen noemenswaardige organisatorische veranderingen nodig zijn. Vaak zal het meer tijd in beslag nemen, bijvoorbeeld omdat er aanvullende informatie nodig is. Gezien de lange termijnen verbonden aan de voorbereiding en behandeling van een vergunningsaanvraag, raden wij nieuwe cryptodienstverleners aan om begin 2024 te starten met de voorbereidingen van de aanvraag en huidige registratiehouders uiterlijk medio 2024.
Schematisch ziet het proces bij de AFM er als volgt uit (op basis van het schema gepubliceerd op de website de AFM):
Aandachtspunten vergunningsaanvraag
In de voorbereiding van de vergunningsaanvraag is het van belang om de aandachtspunten van de AFM niet uit het oog te verliezen. De gepubliceerde voorlopige risico-gebaseerde aandachtspunten zijn:
- De reikwijdte van de vergunningsaanvraag
- Governance van de aanvrager en eventuele groepsrelaties
- Uitbesteding en controlemechanismen van de cryptodienstverlener
- Scheiding van eigen vermogen en cryptoactiva van klant
- Deugdelijke informatieverschaffing aan de klant
- Risicobeheersing en compliance
Next steps
De aanbieders van cryptodiensten die op dit moment zijn geregistreerd bij DNB zullen, net als nieuwe aanbieders, een vergunning bij de AFM moeten aanvragen. Met andere woorden: de registratie kan niet worden omgezet in een vergunning. En hoewel de AFM geen lichter proces heeft ingeregeld of ontheffingen verleent, hebben deze aanbieders het voordeel dat de relatief zware registratieaanvraag heeft geleid tot een professionaliseringsslag in de organisatie van deze aanbieders die uiteindelijk goed van pas komt bij de voorbereiding voor de vergunningaanvraag bij de AFM. Het is dan ook goed voorstelbaar dat de AFM – zeker op de onderdelen die binnen de reikwijdte van de registratieplicht in de Wwft vallen – zal afgaan op het door DNB gevelde oordeel.
Ook nieuwe aanbieders van cryptodiensten doen er verstandig aan zich tijdig te oriënteren op de jurisdictie waar de vergunning wordt aangevraagd, zodat van daaruit de diensten grensoverschrijdend kunnen worden aangeboden. Een belangrijk voordeel van Nederland is de betrouwbare en deskundige toezichthouder. De toezichthouder is laagdrempelig te benaderen, spreekt Engels en de vergunningaanvraag mag in het Engels gedaan worden, is bereid afspraken te maken en houdt zich daar vervolgens ook aan. Dit voorkomt vervelende verassingen. Bovendien zorgt de goede reputatie van de Nederlandse toezichthouder ervoor dat het paspoorten van een Nederlandse vergunning naar andere lidstaten relatief eenvoudig verloopt. Andere redenen voor partijen om voor Nederland te kiezen, zijn de goede bereikbaarheid via Schiphol en de aanwezigheid van specialisten op het gebied van crypto en financieel toezicht (recht). Een nieuwe ontwikkeling afkomstig uit onder andere de betaalsector is dat partijen naar Nederland verplaatsen in verband met reputatie overwegingen. Houthoff is graag bereid u hierover nader te adviseren.
Kortom: nu is het moment om te beginnen met de voorbereiding op de vergunningsaanvraag. Volgens de AFM doen cryptodienstverleners er verstandig aan om professionele hulp in te schakelen. Houthoff vertelt u graag welke regels uit de MiCAR voor u gelden, en kan assisteren bij het gehele proces van de vergunningsaanvraag en het contact met de AFM. Zo weet u zeker dat uw onderneming op tijd voldoet aan de nieuwe regelgeving en voorkomt u dat werkzaamheden moeten worden gestaakt of uitgesteld.
Voor meer informatie over MiCAR kunt u contact opnemen met Berry van Wijk, Juan Vervuurt of Lisanne Haarman.