News Update Hoge Raad
29 november 2024
HR beantwoordt prejudiciële vragen over huurprijswijzigingsbeding
Civiel
Is in de geliberaliseerde huursector een huurprijswijzigingsbeding met een opslag van maximaal 3% (opslagbeding) naast een indexatiebeding oneerlijk? Daarvoor is allereerst van belang dat het opslagbeding en het indexatiebeding van elkaar moeten worden onderscheiden, maar dat dat bij de toetsing van het opslagbeding het (cumulatieve) effect met het inflatiebeding moet worden meegewogen. De HR oordeelt vervolgens dat het opslagbeding met een maximumpercentage van 3% in beginsel niet oneerlijk is, omdat de verhuurder een gerechtvaardigd belang heeft bij jaarlijkse aanpassing van de huurprijs, en de maximale huurstijging voor de huurder voorzienbaar is. Echter, in individuele gevallen kunnen bijkomende omstandigheden tot een ander oordeel leiden. Als een opslagbeding oneerlijk wordt bevonden, moet het buiten toepassing worden gelaten en moet de situatie zonder dat beding worden hersteld, inclusief terugbetaling van onverschuldigd betaalde huurverhogingen.
HR oordeelt over inzagevordering bij grote hoeveelheid documenten of bestanden
Civiel
Bij een inzagevordering ex (het huidige) art. 843a Rv kan de eiser aan de hand van zoekwoorden documenten omschrijven opdat is voldaan aan de eisen van bepaaldheid en rechtmatig belang. Bij grote hoeveelheden digitale bestanden kunnen sommige bestanden onterecht worden geselecteerd, maar dit is op zichzelf geen reden om de vordering af te wijzen. De rechter kan de wijze van inzage bepalen en voorschriften geven, zoals specifieke zoektermen of het aanwijzen van deskundigen.
HR verduidelijkt beroepsmogelijkheid bij uitleveringsdetentie
Straf
Wanneer een persoon in Nederland in uitleveringsdetentie is geplaatst na een uitleveringsverzoek, kan deze detentie onder voorwaarden worden geschorst. De vraag is of hoger beroep mogelijk is tegen de afwijzing van een verzoek tot schorsing van de uitleveringsdetentie. Artikel 56 Uitleveringswet regelt namelijk alleen hoger beroep in het geval van een toewijzing van een dergelijk verzoek. De HR stelt vast dat de wetgever heeft bedoeld dat hoger beroep mogelijk is ondanks dat de tekst van de wet dit niet expliciet vermeldt. De HR oordeelt dan ook dat hoger beroep is toegestaan in gevallen waarin een verzoek tot schorsing wordt afgewezen.