Wanneer is een benadeelde bekend met de schade en daarvoor aansprakelijke persoon zodat de verjaring aanvangt?

News Update Hoge Raad

Week 2 | Wanneer is een benadeelde bekend met de schade en daarvoor aansprakelijke persoon zodat de verjaring aanvangt?
12 January 2024

Wanneer is een benadeelde bekend met de schade en daarvoor aansprakelijke persoon zodat de verjaring aanvangt?

CIVIEL

De HR heeft uitspraak gedaan in een zaak waarin eisers schadevergoeding van Deutsche Bank vorderen voor verkeerd advies over afgesloten renteswaps. Het hof oordeelde dat Deutsche Bank zich met succes op verjaring kon beroepen, maar de HR heeft dit oordeel gecasseerd. Volgens de HR is het niet voldoende dat de benadeelde daadwerkelijk bekend is met het geleden nadeel om de korte verjaringstermijn van art. 3:310 lid 1 BW te laten aanvangen. De benadeelde moet ook voldoende zekerheid hebben dat de schade is veroorzaakt door tekortschietend of foutief handelen van de ander. Bij de beoordeling of daarvan sprake is, dient de rechter te betrekken of de benadeelde over de kennis en het inzicht beschikte om de deugdelijkheid van het handelen van de ander te kunnen beoordelen. De omstandigheid dat de ander geruststellende mededelingen heeft gedaan, kan meebrengen dat de benadeelde (nog) niet over de kennis en het inzicht beschikte om de deugdelijkheid van het handelen te beoordelen. Het omgekeerde – d.w.z. dat geruststellende mededelingen ontbreken – kan echter niet zelfstandig bijdragen aan het oordeel dat de benadeelde daadwerkelijk bekend was met de schade en de daarvoor aansprakelijke persoon.

ECLI:NL:HR:2024:19

ECLI:NL:HR:2024:18

Zijn aannemer en opdrachtgever aansprakelijk voor schade aan een naastgelegen pand ook wanneer de werkzaamheden zorgvuldig zijn voorbereid en uitgevoerd? 

CIVIEL

Bij het afzinken van een kelder is schade toegebracht aan een naastgelegen pand. De pandeigenaar en huurders stellen de aannemer en de opdrachtgever aansprakelijk voor de geleden schade. De HR heeft het oordeel van het hof vernietigd dat de aannemer niet onrechtmatig heeft gehandeld omdat hij de werkzaamheden voldoende zorgvuldig heeft voorbereid en uitgevoerd. De HR bevestigt dat van een inbreuk op een recht niet reeds sprake is op grond van de enkele omstandigheid dat een gedraging een voorzienbare schade tot gevolg heeft. Vereist is ook dat deze gedraging in strijd is met een norm van geschreven of ongeschreven recht die ertoe strekt die schade te voorkomen. Het hof miskent echter dat wanneer aan bouwwerkzaamheden een aanmerkelijk risico is verbonden dat schade wordt veroorzaakt aan derden, ook als maatregelen worden getroffen en de werkzaamheden zorgvuldig worden uitgevoerd, die schade niet zonder meer voor rekening van die derden behoort te komen. Dit geldt bijvoorbeeld wanneer de werkzaamheden geen voordeel voor die derden opleverden en de schade niet zonder meer behoort tot hetgeen door een derde in het maatschappelijk verkeer moet worden geduld. Het ligt dan veeleer op de weg van de aannemer om zich tegen aansprakelijkheid van toebrengen van schade te verzekeren.

ECLI:NL:HR:2024:17

Meld u aan voor de News Update Hoge Raad

Written by:

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Partner

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Counsel