News Update Hoge Raad
24 January 2025
Jurisprudentie rechterswissel ook van toepassing bij wissel raden OK
Civiel
De HR oordeelt dat de vaste rechtspraak over rechterswissels na de mondelinge behandeling ook geldt ten aanzien van de raden van de OK. Dit betekent dat het gerecht de vervanging voorafgaand aan de eerstvolgende uitspraak moet meedelen aan partijen waaronder in verzoekschriftprocedures begrepen de belanghebbenden. Elk van de bij de mondelinge behandeling verschenen partijen mag vervolgens verzoeken om een nadere mondelinge behandeling ten overstaan van degenen door wie de uitspraak zal worden gewezen.
Geen aansprakelijkheid belastingschuld door verjaring
Fiscaal
X was enig bestuurder van twee failliete BV’s. X heeft een betaling gedaan aan de boedel tegen finale kwijting, zonder erkenning van aansprakelijkheid. De ontvanger stelt X na het einde van de faillissementen alsnog aansprakelijk voor de onbetaald gebleven LB-naheffingsaanslagen. De HR oordeelt echter dat het uitstel van betaling dat aan X als aansprakelijkgestelde is verleend, alleen betrekking heeft op de aansprakelijkheidsschuld en niet op de belastingschuld. Hierdoor heeft dit uitstel geen invloed op de verjaringstermijn van de belastingschuld. De belastingschuld is daarom verjaard.
Motivering immateriële schadevergoeding voor benadeelde partij
Straf
Het hof heeft de verdachte veroordeeld voor een poging tot zware mishandeling van politieambtenaren. Het hof heeft daarbij ook een vordering benadeelde partij van een van deze ambtenaren, bestaande uit een immateriële schadevergoeding, toegewezen. De HR oordeelt dat art. 6:106 BW de strafrechter enige vrijheid geeft om vast te stellen of de benadeelde partij recht heeft op een naar billijkheid vast te stellen bedrag aan immateriële schadevergoeding. Een enkele verwijzing naar die billijkheid volstaat echter niet als motivering. Ook de enkele omstandigheid dat de (hoogte van de) gevorderde schadevergoeding niet gemotiveerd is weersproken of dat de verdediging zich aan het oordeel van de rechter heeft gerefereerd, volstaat niet. In die gevallen mag de strafrechter wel uitgaan van de juistheid van de aan de vordering ten grondslag gelegde feiten en de vordering in de regel toewijzen (vgl. art. 24 en 149 Rv), maar dat is anders als de vordering de rechter onrechtmatig of ongegrond voorkomt (vgl. art. 139 Rv). Een vordering tot vergoeding van immateriële schade die geen rechtsgrond vindt in de wet kan niet worden toegewezen. Het hof heeft dit miskend door onvoldoende te motiveren waarom de politieambtenaar recht had op immateriële schadevergoeding.
ECLI:NL:HR:2025:56